Kerngetallen van de podiumleden van de VNPF
Samenvatting
Poppodia in cijfers 2014 geeft een overzicht van gegevens van 49 poppodia die actief waren in 2014 én in 2015 lid zijn van de Vereniging Nederlandse Poppodia en -Festivals (VNPF). In 2015 zijn 58 poppodia aangesloten bij de VNPF, maar enkele poppodia waren in 2014 niet allemaal (volledig) actief vanwege verbouwingen en nieuwbouw. De gegevens in deze publicatie hebben alleen betrekking op de activiteiten in de concertzalen van de poppodia.
Onderstaand tref je het uitgegeven persbericht aan over Poppodia in cijfers 2014.
Kennisdocument
VNPF presenteert rapport Poppodia in cijfers 2014
Momenteel zijn 58 poppodia lid van de VNPF, vanwege verbouwingen en nieuwbouw zijn deze in 2014 niet allemaal (volledig) actief geweest. In de te presenteren cijfers zijn dan ook 49 podia meegenomen. Deze organiseerden in 2014 samen 9.443 activiteiten in hun concertzalen, in totaal zijn hierbinnen 17.363 verschillende optredens gerealiseerd. Het overgrote deel hiervan (84 procent) betrof muziekgerelateerde optredens. Ruim de helft hiervan (52 procent) was een live-concert. Een ander groot deel betrof clubavonden met DJ of een live show. De 49 poppodia realiseerden in 2014 een gezamenlijke omzet van € 90,4 miljoen.
In 2014 waren 5.849 mensen werkzaam in de 49 VNPF poppodia. Hiervan was 65 procent vrijwilliger. In totaal nemen die vrijwilligers 30 procent van alle gewerkte uren voor hun rekening. Een ontwikkeling die de VNPF bespeurt, is dat over de hele linie gesproken het aantal vaste werknemers in poppodia aan het afnemen is en er steeds meer beroep op vrijwilligers wordt gedaan. Dit verschilt uiteraard per schaalgrootte van een podium. De grote podia werken goeddeels met vaste medewerkers, de kleinere podia voor het overgrote dele met vrijwilligers, die met name worden ingezet voor horeca, productie en techniek tijdens openingsuren.
“Uiteraard geldt die verschuiving die we waarnemen niet voor alle podia”, aldus VNPF-directeur Berend Schans. “Maar we zien het gemiddelde wel toenemen. Met het oog op de crisis waar we nu voorzichtig uit aan het krabbelen zijn een logische ontwikkeling. Maar we hebben niet het idee dat de trend zich in de toekomst weer omdraait en dat is een zorgelijke ontwikkeling. We zien dat er bijna niet in personeel wordt geïnvesteerd, er zijn weinig HRM-functies, er is amper loopbaanbegeleiding. Podia staan in ‘survival mode’, dus het is geen eerste prioriteit. Maar het zou zonde zijn als talentvolle mensen hierdoor uiteindelijk de branche verlaten.”
Het rapport is hier na te lezen.
